Skip to main content

Training tag: Open aanbod

ACT en verslaving

ACT (Acceptance and Commitment Therapy) behoort tot de zogenaamde derde generatie gedragstherapieën en combineert een aantal acceptatie- met gedragsmatige technieken. Doel is het vergroten van de psychologische flexibiliteit. ACT blijkt tevens een effectieve behandelmethode voor diverse, psychische problemen waaronder ook verslaving.

Tijdens de opleiding doorlopen we de zes kernprocessen van ACT en leggen we de link met concrete voorbeelden uit de verslavingszorg: accepteren wat niet veranderd kan worden, afstand nemen van blokkerende gedachten, met de aandacht vanuit een ruimer perspectief in het hier en nu blijven (zelf-als-context), toegewijd handelen in de lijn van wat écht belangrijk is in het leven.

Specifieke aandachtspunten bij verslaving zoals weerstand, impulsiviteit en herval bekijken we vanuit ACT.

Dubbele Diagnose: Verslaving en persoonlijkheidsstoornissen – focus antisociale persoonlijkheidsstoornissen en borderline

Hoe versterken deze twee problemen het problematische verloop en hoe bemoeilijkt het ene probleem de behandeling van het andere? De gecombineerde problemen blijven vaak onderbelicht. Ook de teneur blijft vaak somber. Herstel of genezing is veel moeilijker dan voor elk van deze twee problemen –verslaving en persoonlijkheidsstoornis– apart.

De combinatie kent meestal een ongunstiger verloop, met een beduidend verminderde levenskwaliteit op verschillende levensdomeinen.

In deze vorming willen we ten eerste deze ‘moeilijke combinatie’ beschrijven. We focussen vooral op twee specifieke persoonlijkheidsstoornissen, namelijk de antisociale en de borderline persoonlijkheidsstoornis. We schetsen de beperkingen en grenzen van de hulpverlener evenals de beperkingen die eigen zijn aan de problematiek.

Vanuit een gezond optimisme reiken we handvatten aan om u te leren omgaan met deze combinatie van problemen. We belichten o.a. het hanteren van regels, een werkbare behandelingsrelatie en zelfzorg en teamzorg voor de hulpverleners.

Dubbele diagnose-reeks: Trauma en verslaving

De ontwikkeling van problematisch middelengebruik behelst een complex samenspel van biopsychosociale factoren. Ook traumatische of ingrijpende gebeurtenissen leiden vaak tot problematisch middelengebruik. Als hulpverlener werkzaam in de verslavingszorg is het belangrijk om aandacht te hebben voor eventuele onderliggende traumata. Posttraumatisch stress-stoornis (PTSS) wordt vaak (te) laat of helemaal niet ontdekt omdat cliënten hun trauma’s vaak verzwijgen.

Maar hoe screen en diagnosticeer je trauma en (complexe) PTSS? En wat doe je dan als hulpverlener? Is een behandeling van een trauma risicovol tijdens de verslavingsbehandeling? Dient eerst de verslaving aangepakt te worden? Of kan er steeds op een geïntegreerde manier gewerkt worden?

In deze vorming zoemen we in op deze relatie tussen trauma en problematisch middelengebruik. We staan kort stil bij de definiëring, kenmerken en prevalentie van trauma gelinkt aan verslaving. Belangrijker is dat de hulpverleningsaanpak ten aanzien van trauma en verslaving belicht en uitgediept wordt in al zijn facetten. We staan o.a. stil bij psycho-educatie, stabilisatie en therapieën zoals Eye Movement Desensitization and Reprocessing (EMDR). Je krijgt handvatten en richtlijnen hoe je binnen de verslavingszorg omgaat met trauma.

Dubbele Diagnose: Verslaving en persoonlijkheidsproblemen – bekeken vanuit schematherapie

Schematherapie is een integratief behandelmodel ontwikkeld in de jaren ’90 door Jeffrey Young. Het combineert elementen van verschillende therapeutische stromingen in een helder en overzichtelijk model om persoonlijkheidsproblemen te verklaren en te behandelen. Het helpt mensen die vastzitten in terugkerende patronen (schema’s en modi) om tot duurzame verandering te komen. Deze schema’s zijn vaak ontstaan in de kindertijd door tekorten in basisbehoeften. Schema’s zorgen er dan voor dat de omgeving begrijpelijk en voorspelbaar wordt. Deze schema’s beïnvloeden hoe iemand zichzelf, anderen en de wereld om zich heen waarneemt en tegemoet treedt. In het volwassen leven worden deze schema’s eerder maladaptief, waarbij deze getriggerd kunnen worden op momenten dat er iets gebeurt dat aan vroeger doet denken. We gaan ons vervolgens gedragen op manieren die ons vroeger ook hebben helpen overleven (modi). Echter in het hier en nu zorgt deze overlevingsstrategie ervoor dat we opnieuw niet voorzien worden in onze onderliggende behoeften. Dit bevestigt dan weer de eerdere overtuigingen dat we hadden en op deze manier geraakt men vast in hun patronen. In deze vorming wordt gekeken naar hoe men vanuit een bepaalde modus gaat gebruiken en welke functie dit heeft.  

Dubbele diagnose-reeks: Autisme en verslaving

Mensen op het autismespectrum hebben een andere denkstijl en informatieverwerking dan neurotypische mensen (mensen zonder autisme) Typerend in de begeleiding van mensen op het spectrum is vaak een dubbele mindblindness; mensen op het spectrum kunnen zich moeilijk de wereld van neurotypische mensen inbeelden, maar ook omgekeerd!

Tijdens deze vorming gaan we proberen te ervaren hoe het is om in de wereld te zitten van iemand op het spectrum met een (rand)normale begaafdheid.
Is de hulpverlening in de geestelijke gezondheidszorg aangepast aan de noden van mensen op het spectrum? Wat zijn de verschillen en gelijkenissen tussen autismespecifiek- en verslavingsgedrag? Hoe kan je als hulpverlener autismevriendelijk werken en welke aanpassingen zijn er nodig?

Iedere mens is uniek en dit geldt ook voor mensen op het spectrum. Tijdens deze vormingsdag proberen we richtlijnen en specifieke handvaten te vinden om mensen op het spectrum en met een verslavingsproblematiek te begeleiden. We vertrekken vanuit die bijzondere denkwereld en proberen hier een aantal antwoorden op te vinden.

Als kleine kinderen groot worden: e-learning en vragenuurtje

Als kinderen opgroeien stellen ouders zich vaak vragen over het gebruik van tabak, alcohol en andere drugs of over gamen. Als kleine kinderen groot worden is een concept voor een interactieve vorming over deze thema’s voor ouders van 10-15-jarigen.

Wil jij aan de slag met dit concept? Dan kan je de e-learning Als kleine kinderen groot worden volgen. Er is een versie over tabak, alcohol en andere drugs en een versie over gamen. Beide e-learnings duren elk ongeveer een uur, ze zijn gratis en je kan ze volgen waar en wanneer je wil. Je maakt kennis met de inhoud van de vorming voor ouders en je leert hoe je de verschillende methodieken (filmpjes, opdrachten,… ) kan inzetten om op een interactieve manier met ouders aan de slag te gaan. Tijdens de e-learning neem je het draaiboek erbij om meer achtergrondinfo te krijgen en inzage in de methodieken. 

Op 23 mei 2024 organiseren we een online vragenuurtje voor trainers die de e-learning gevolgd hebben en het draaiboek voor de vorming doorgenomen hebben, maar nog vragen hebben over de inhoud of aanpak van Als kleine kinderen groot worden. Dit kunnen zowel vragen zijn over de versie over tabak, alcohol en andere drugs als over de versie over gamen. 

Mijn cliënt en middelengebruik, gamen en gokken

Iedereen kan in contact komen met middelengebruik, gamen en gokken. Ook mensen met een licht verstandelijke beperking kunnen nieuwsgierig zijn en experimenteren of regelmatig alcohol drinken, cannabis of andere middelen gebruiken, gamen of gokken. 

In deze opleiding ontdek je: 

  • enkele basiskaders die je helpen om:
    • een zicht te krijgen op het ontstaan en het verloop van een middelenproblematiek, de specifieke kwetsbaarheden van cliënten met een beperking, de impact van middelengebruik op de hersenen
    • in te schatten wanneer middelengebruik problematisch is en welke factoren daarin een rol spelen
  • Kom je meer te weten over de effecten en risico’s van middelengebruik, gamen en gokken en welke signalen wijzen op problematisch gebruik, gamen en gokken
  • Krijg je concrete tips om signalen op te merken, bespreekbaar te maken, de ernst in te schatten en om de motivatie tot veranderen te vergroten. 
  • Ga je aan de slag met concrete gespreksmethodieken in een motiverende gespreksstijl

 We werken zoveel mogelijk interactief aan de hand van toepassingsoefeningen en de bespreking van concrete situaties.

Dubbele diagnose-reeks: Autisme en verslaving

Mensen op het autismespectrum hebben een andere denkstijl en informatieverwerking dan neurotypische mensen (mensen zonder autisme) Typerend in de begeleiding van mensen op het spectrum is vaak een dubbele mindblindness; mensen op het spectrum kunnen zich moeilijk de wereld van neurotypische mensen inbeelden, maar ook omgekeerd!

Tijdens deze vorming gaan we proberen te ervaren hoe het is om in de wereld te zitten van iemand op het spectrum met een (rand)normale begaafdheid.
Is de hulpverlening in de geestelijke gezondheidszorg aangepast aan de noden van mensen op het spectrum? Wat zijn de verschillen en gelijkenissen tussen autismespecifiek- en verslavingsgedrag? Hoe kan je als hulpverlener autismevriendelijk werken en welke aanpassingen zijn er nodig?

Iedere mens is uniek en dit geldt ook voor mensen op het spectrum. Tijdens deze vormingsdag proberen we richtlijnen en specifieke handvaten te vinden om mensen op het spectrum en met een verslavingsproblematiek te begeleiden. We vertrekken vanuit die bijzondere denkwereld en proberen hier een aantal antwoorden op te vinden.

Advocacy in theorie en praktijk

We starten de dag met een blok theorie en beantwoorden samen een aantal vragen: Wat is advocacy? Hoe werkt het? Wat zijn windows of opportunity? Hoe doet VAD aan advocacy? Welke aanknopingspunten voor advocacy zijn er op lokaal en regionaal niveau? Hoe kan je media gebruiken om draagvlak te creëren? Aan welke ethische principes moet pleitbezorging binnen preventie voldoen?

Na de middag gaan we interactief aan de slag met casussen en geven we handvatten mee om advocacy meer in je dagdagelijkse praktijk te integreren. 

Omgaan met alcohol- en andere drugproblemen bij jongeren in de jeugdhulpverlening – Provincie Antwerpen

Cannabis, bier, sterke drank, … ze maken allemaal deel uit van de leefwereld van jongeren. Vrienden drinken of blowen, jongeren experimenteren er zelf mee of gaan nog een stapje verder. De meeste jongeren ervaren hun gedrag niet als zorgwekkend of als een probleem. Nochtans weten we dat jongeren in de jeugdhulp extra kwetsbaar zijn om door middelengebruik in de problemen te komen.

Als jeugdhulpverlener wil je dan ook de vinger aan de pols houden en het met de jongere hebben over zijn gebruik. Maar hoe begin je daaraan?

Programma

Dag 1

  • Basiskaders die je helpen om:
    • een zicht te krijgen op specifieke kwetsbaarheden van jongeren en de impact van middelengebruik op de hersenen
    • een zicht te krijgen op het ontstaan en het verloop van een middelenproblematiek
    • in te schatten wanneer middelengebruik problematisch is en welke factoren daarin een rol spelen
  • Opmerken van signalen van problematisch gebruik
  • Bespreekbaar maken en een inschatting maken van gebruik
  • Gedragsverandering en motivatie
  • Korte introductie in motiverende gespreksvoering

Dag 2 gaan we dieper in op hoe je de motivatie van jongeren om hun gedrag te veranderen kan bevorderen. We doen dit aan de hand van motiverende gespreksvoering (Miller & Rollnick), een op samenwerking gerichte gespreksstijl die iemands eigen motivatie en bereidheid tot verandering versterkt.

  • De basishouding van motiverende gespreksvoering.
  • De verschillende processen binnen motiverende gespreksvoering.
  • Gesprekstechnieken om gebruik bespreekbaar te maken (focussen) en de bezorgdheid van de jongere over zijn/haar eigen gebruik en/of de impact hiervan op andere levensdomeinen te vergroten.
  • Verandertaal en technieken om verandertaal bij de cliënt te ontlokken.

Werkwijze

We werken zoveel mogelijk interactief aan de hand van toepassingsoefeningen en de bespreking van concrete situaties.